Blog

Bereid je voor op uitstappers

By september 2016 september 16th, 2019 No Comments

Het is belangrijk om bij een overdracht goed vast te leggen wat er gebeurt als een van de aandeelhouders zou willen uitstappen.
Neem de volgende situatie als voorbeeld: Joop wil de aandelen in zijn bedrijf overdragen aan zijn twee zoons Piet en Daan. Zij zijn een hechte familie die jaarlijks met elkaar op vakantie gaat. Vrijwel Joop’s hele vermogen zit in de zaak.  Dus allebei de zoons de helft van de aandelen lijkt de makkelijkste oplossing. Zo gezegd, zo gedaan. Een paar jaar na de overdracht kwamen de problemen. De zoons dachten anders over de toekomst. Piet, CEO, wilde harder groeien en meer winst in het bedrijf houden dan Daan. Daan wilde meer dividend uitkeren. De emoties liepen steeds verder op. Uit elkaar gaan leek de enige optie. Piet had geen zin in een langdurig traject om de waarde van de aandelen te bepalen en legde het volgende voorstel voor aan Daan: “Ik koop jouw aandelen voor x miljoen, je krijgt je geld in 12 jaar. Als je dat te weinig vindt, mag jij mijn aandelen kopen voor hetzelfde bedrag met dezelfde betalingstermijn”. Daan voelde zich overdonderd, maar accepteerde uiteindelijk dat hij werd uitgekocht. Hij zag zichzelf niet het bedrijf leiden, had het geld niet en koos voor x miljoen in 12 jaar. Achteraf bleek dat de aandelen heel wat meer waard waren dan het bedrag dat Daan had gekregen. De gezamenlijke vakanties hebben niet meer plaatsgevonden.

De eerste les hieruit is natuurlijk dat je niet zomaar met elkaar in zee moet gaan. Ook al is dat de wens van je vader en lijkt dat op het eerste gezicht de makkelijkste weg. Zorg dat je weet dat je samen eigenaar kunt zijn, dat je een gezamenlijke visie op het bedrijf hebt en dat je weet dat je kunt samenwerken. Neem voldoende tijd voor gesprekken hierover en laat je als je dat lastig vindt door een buitenstaander begeleiden. De tweede les is dat je goed vastlegt hoe je uit elkaar gaat als dat onverhoopt toch gebeurt. Niemand wil het daar eigenlijk over hebben maar doe dat wel. Liefst als er nog geen intentie is om uit te stappen. Je moet in ieder geval afspraken maken over de waardering van de aandelen en de financiering van de koopsom. Deze afspraken leg je vast in een aandeelhoudersovereenkomst.

Als we dat laatste aankaarten bij families met een bedrijf dan zeggen ze vaak: “Neem dan maar op wat gebruikelijk is”. Ze vinden het lastig om zich daarin te moeten verdiepen en dat is heel begrijpelijk. Niet iedereen is geïnteresseerd in de voor- en nadelen van een waardering op basis van “discounted cash flow” (DCF), een vaste formule van x-keer de winst, een combinatie van methodes of een “shoot-out” zoals hierboven beschreven. Onze ervaring is alleen dat bij iedere familie een eigen methode past en dat er geen standaard is. Dus vooraf bespreken is nodig als je zaken goed wilt regelen. Voor Daan en Piet en voor de familieharmonie was dat zeker goed geweest. En ook het bedrijf is gebaat bij stabiliteit op het aandeelhoudersfront.
Bereid je dus goed voor op uitstappers voordat je met elkaar in zee gaat. En leg de gemaakte afspraken vast. Vreemd genoeg heeft dat een heel gunstig bijeffect: aandeelhouders in familiebedrijven zijn meer betrokken als ze weten dat ze de vrijheid hebben om uit te kunnen stappen. Vrijheid geeft betrokkenheid. Nog een hele goede en positieve reden om de mogelijkheid van uitstappen heel goed te regelen.

NB: In het FD verscheen op 26-9-2016 (na het schrijven van deze blog) een artikel “Ruziënde broers richten bedrijf te gronde”. Deze blog is hier niet op gebaseerd maar heeft duidelijke parallellen en bevestigt de boodschap.
(Om het artikel te kunnen lezen moet u een account hebben en inloggen bij het FD.)

Meer weten? Neem gerust contact op.